De file voorbij de wereld in
vandaag fietste ik over de stadsbrug en zag hoe de brug afgekoeld werd. Ik was mij al heel lang bewust van de rek en krimp van het metaal van de brug maar herinnerde mij niet dat dit vroeger zo gedaan werd. Zo gevangen in gedachten rij ik naar beneden en bedenk me dat ik nog een boodschapje wil doen in Meerdervoort. Terwijl ik daarna terug rij sla ik in gedachten zo af de Dr Boutensstraat in terugdenkend hoe ik in het verleden de bocht nam en uiteindelijk de Dr Boutensstraat inreed. Nu is er een wereld van verschil hoe alles er bij ligt.
De rijksweg is van gelijkvloers naar een opgetilde snelweg van vierbaans naar achtbaans gegaan en de drukte in de wijk is reeds lang verdwenen. Terwijl er een enorme verkeersstroom dagelijks door dit stuk Meerdervoort rijdt waar we eigenlijk niet meer over nadenken.
Ik zag een foto van negentig jaar geleden met verkeersborden die mij nu nog tot de verbeelding spreken.
Op de brug heb ik dat ook heel vaak dat de verbeelding toeslaat en dat zoals ik dat nu met de warmte ook heb dat ik kijk naar het brugdeel kijk dat zo vaak open en dicht is gegaan en waar destijds Europa tot stilstand kwam. Maar ik kijk ondertussen ook naar de oevers waar we met zijn allen naar stonden te kijken terwijl we dat wachtmoment hadden. Recent vertelde ik mijn zoon hoe in achttien zeventig het Japanse oorlogsschip de Kaiyo Maru werd gebouwd. De aanleiding van dat verhaal was de film the Last Samurai wat handelt over die Japanse periode.
Nu begrijp ik heel goed als ik vertel uit verschillende periodes dat mensen afhaken. Ja als ik vertel over de puchjes en mobylettes waarmee mensen over de brug scheurden dan leeft dat wat meer dan dat ik praat vanuit de ontwikkeling van het spoor en de verdere industriële revolutie. Toch heb ik dat zelf heel sterk als ik over de brug rij het onder en bovenwater zie samenkomen en de oneindige rijen autoś en treinen heen en weer zie rijden. IK droom als het ware terug naar het moment van de motorrijder die op de foto bij de borden staat met de verre uithoeken in Europa zoals die destijds wel gezien konden worden.
Zo had ik dat als kind wel. Parijs, Brussel zelfs Amsterdam was heel ver weg maar met de trein bereikbaar maar niet voor mij, dat was iets voor Pompe van Meerdervoort die dat met de koets deed.
Mijn vader reed in zijn jeugd op een motor dus als kind kon ik mij alleen uit zijn verhalen de verbeelding voorstellen van die eindeloze wegen die er gereden moesten worden om je doel te bereiken. Hij reed door Nederland over de nieuwe dijken door de Noordoostpolder en over de dijk naar Urk.
De motorrijder hier staat voor de keuze naar West Brabant ( stel je voor waar is noord gebleven) of Zeeland maar vooral verder weg zoals België of Frankrijk.
Recent reed ik zelf naar Spanje via België, luxemburg en Frankrijk. Terwijl ik in spanje zat dacht ik wel aan die motorrijder en de keuze die hij had. Stel je voor dat hij naar Juan les Pins was gereden in Frankrijk.
Als ik dan terug ben in Zwijndrecht en zo over de brug en langs en onder de rijksweg door rijdt dan trekken hele films aan mij voorbij.
Waar ik als kind mij niet kon voorstellen hoe je op een bestemming zou moeten komen als er alleen België of Frankrijk stond en ik het vooral moest hebben van de namen op vrachtwagens die voorbij kwamen of de internationale treinen met alle bijzondere namen er op, of de binnenvaartschepen die overal vandaan kwamen en vice versa hun waterweg vervolgden terwijl Willemstad ook ver weg klonk omdat ik dan aan curaçao moest denken.
Op het ANWB bord staan Antwerpen en Moerdijk genoemd maar verwijst het andere bord naar de kortste route met één veer.
Ja denk ik dan weer met twee voeten aan de grond het was negentig jaar geleden heel anders om door Europa te reizen en bedenk me dan hoe dat in de jaren zestig en zeventig al veel gemakkelijker kon en dacht terug aan de jaren tachtig dat ik voor het eerst naar de Ardeche reisde met de auto. We moesten grenzen passeren, paspoorten klaar houden en hopen dat we bij iedere grens niet aangehouden zouden worden voor een echte controle. Al die verschillende munten en wisselmomenten, Hoezo naar huis bellen.
Ik bedenk mij wel hoe dat voor al die vrachtwagenchauffeurs geweest moest zijn die uit Zwijndrecht internationale transporten verzorgden, Euser en van Namen of Ghijsels..
Moerdijk is ondertussen een industrieel gebied waar ik gewoon heen fiets maar mij dat als kind vrijwel niet kon voorstellen.
Ik stond op de beweegbare delen van de brug te kijken als jong mens terwijl die in beweging kwamen. Dat was wel schrikken voor mij als dagdromer en snel reed ik verder langs de enorme file die al aan het ontstaan was. Het was duidelijk dat de hoeveelheid verkeer niet meer te stoppen was anders dan door een openstaande brug ( die dan vooral niet gestremd mocht raken) Dat de tunnel er kwam was logisch, dat de moerdijkbrug verbreed moest worden stond als een paal boven water.
De oevers waar ik naar keek op de brug waar grote werken verrezen en werden gebouwd was iets om trots op te zijn.
Dat past dan ook helemaal bij het verhaal wat ik mijn zoon probeer te vertellen en wat ik probeer over te brengen. Maar een verhaal vertellen of het meegemaakt hebben is wel een wezenlijk verschil. Wie enorme boorplatforms voorbij heeft zien komen of er aan of naast gewerkt heeft kent dat gevoel wat we nu kunnen hebben als er een enorm jacht of zeeschip voorbij schuift aan de oevers en via de openstaande brug. oog in oog met de brug van zo een kolos doet iets met je.
De zeilschepen op de foto’s uit achttien honderd geven ook zo een gevoel want hoe groot waren toen de bouwwerken wat bijzonder was het om de brug over de maas te zien komen en de eerste trein er over te zien rijden.
De motorrijder die keurig staat te poseren en mij als toeschouwer doet denken aan de reis die hij gaat maken of waar hij aan bezig is doet mij goed. In mijn reis deze zomer ben ik mij zo bewust van het gemak waarmee ik mijn doel kan bereiken. De zwarte zaterdag waar ik aan ontsnap doet mij denken aan de jaren vijftig zestig en het verstopte wegennetwerk in Frankrijk, België. Ik moet daar aan denken terwijl ik stil sta op een binnenweg in Spanje omdat er een rotonde zit met de afslag richting een kustdorp wat ik moet passeren. Zo moet dat geweest zijn in de jaren zestig zeventig voordat de infrastructuur aangepast werd naar de moderne tijd zoals dat bij ons ook gebeurde met de brug en de tunnel.
In de drie kwartier file op een plek waar je normaal in vijf minuten verder komt heb je alle tijd om zo terug te denken aan de opstoppingen die ik kende uit mijn jeugd waar ik als fietser aan voorbij reed en nu ook weer de enkele fietser mij zie passeren. Wat zijn we toch met zijn allen mobiel geworden en hebben we toch duizenden kilometers afgelegd onderweg naar onze bestemming om wat voor reden dan ook.Ik denk aan de Kaiyo Maru waar ze in Japan een heel museum voor hebben ingericht en dat dit voor Japanners dan ook een reden is om de oevers bij ons te bezoeken.
De brug met zijn geschiedenis, de rek en de krimp, de files en alles wat we er aan kunnen koppelen van liefde geluk, geboorte en dood het blijft een monument in tijd waar je een geweldig uitzicht hebt en de ontwikkeling van ons gebied goed kan waarnemen. De rek en krimp van wonen en werken het blijft een actueel onderwerp. Als ik na achtentwintig honderd kilometer weer terug ben in dit gebied bedenk ik mij hoe ontzettend gelukkig ik ben met al die dingen die ik beleefd heb tussen het jongens moment en nu. Het voelt alsof ik door de eeuwen heen gereisd heb en dat de tijd is stil blijven staan. Ik voel mij een beetje als de motorrijder die op de foto is vastgelegd is de avonturier in mijn eigen verhaal.