Rolschaatsen in de gang van het Raadhuis
Het is best wel eens leuk om terug te denken aan je jeugd bij het zien van een foto. Mooie warme gevoelens die boven komen en even weer daar zijn waar het veilig en geborgen voelt. Niet voor iedereen klinkt dat hetzelfde en geeft dat een gelijke herinnering.
De foto die voorbij kwam was de gang naast oude hal van het raadhuis bij het gemeentelijk loket. Het was niet direct die plek die het warme gevoel opwekte maar alles voorafgaand naar die plek.Vanuit mijn geboortehuis richting Raadhuisplein was voor mij als kleine jongen best wel een heel stuk. Voor kleine beentjes en redelijk onbekend met de route is dat als kind best spannend maar ook een mooie ontdekkingsreis.
Het mooie was telkens weer het nieuwe , weliswaar bekende, aan de horizon. De straat uit toonde de Passage toch wel bijzonder om doorheen te lopen. Winkels waren wel gewoon winkels maar de etalages en de spullen die verkocht werden waren toch wel bijzonder. Vooral de speelgoed winkel was een magneet voor de ogen. Nu was het doel met mijn moeder het raadhuis voor iets officieels, geen flauw idee wat, maar ik moest mee.
Na de Passage kwam de Willem van Oranjelaan met de vijver en het bruggetje, ook wel bekend als eendjesvijver. Deze vijver omzoomd met gras was afgezet met een hekwerkje zodat je niet op het gras ging lopen. Maar de brug die mocht je natuurlijk passeren en gaf een geweldig uitzicht op de vijver. Prachtig het beeld in het heldere water waarin je jezelf kon zien spiegelen.
Onderweg naar het raadhuis waren de etalage en het bruggetje zeker niet de momenten om te stoppen vanwege de afspraak. Nu was het niet zo erg aangezien het raadhuis met aan de overzijde de kerk, het schippersinternaat/klooster ook al imposant oogde. Na het oversteken van de weg zag je de Julianaschool maar vooral het raadhuis met zijn boog ramen met tralies aan de voorzijde. Het oogde als een gevangenis of een bank waar kostbare spullen lagen opgeslagen. Hoe je als heel jong mens aan die gedachten komt vraag je je wel eens af. Maar het mooiste was toch wel de ingang met zijn hoge trap en enorme vaas naast het bordes. De kleine beentjes toch wel moe van de wandeling moesten ook nog eens de hoge treden beklimmen om daarna die enorme deur door te gaan.
Het was binnenkomen in een enorme hal want een klein mens ziet alles toch vanuit een ander perspectief. Daarna volgde de indruk van dat officiële kantoor waar je was binnengekomen, geen paleis maar toch wel een statig gebouw waar het belangrijk was. Wat er belangrijk was wist ik niet maar ik merkte wel aan mijn moeder dat er druk op stond.
Op het houten bankje bleef ik maar rondkijken naar de gang, de hal, het loket en weer nieuwsgierig plafond en door de ramen om een glimp van de achterzijde op te vangen.Blijkbaar was het vlot afgehandeld want het hoofd achter het loket en mijn moeder kletsen wat en wij gingen er weer vandoor.
De druk was eraf wat ik merkte aan de route naar huis waarbij we weliswaar een kleine omweg maakten maar mijn moeder mij wees op allerlei leuke dingen die er te zien waren en op de heenweg teveel tijd hadden gekost. Zo denk ik nog wel eens aan dit moment terug als ik het liedje op een mooie pinksterdag hoor, gewoon genieten als ouder en kind.
Nu kom ik vaak in het gemeentehuis en vertel over de geschiedenis en de bouwstijl met aanverwanten door de historie heen. Ook over de bode die er vroeger woonde of hoe enb wat hun werkzaamheden inhielden. Genoeg anekdotes die een rondleiding leuk maken.
Recent vertelde de burgemeester mij, ik heb er beslist veel meegemaakt, dat hij op bezoek was bij een lang getrouwd stel en de mevrouw van dit echtpaar vroeg hem naar het oude raadhuis. De burgemeester had ik al eens een rondleiding gegeven toen hij er net was en de vraag van de mevrouw was over de tegeltjes op de muur die er nog steeds zitten. Daarop vroeg de burgemeester even door en de mevrouw bleek als jongedame van tien in het gemeentehuis gewoond te hebben toen het net nieuw was. Zij had vanuit hun huis op de eerste verdieping nog leren rolschaatsen op de gang waar nu tegenwoordig de wethouders zitten.
Hoe mooi bedacht ik mij is het om die vreugde, dat warme gevoel, uit die periode terug te horen. Het is op zich al heel bijzonder dat het oude raadhuis zoveel functies in zich had maar om daar dan anno nu plots weer iets van terug te horen is toch wel geweldig.
Vandaag de dag kijk ik ook graag naar de kinderen die met veel plezier op het plein en er om heen spelen. De Julianaschool bestaat nog steeds en hoeveel mensen heb ik wel niet gekend die daarover verhaalden dat zij daar school gingen. Of de oud wethouder die er les gaf en vertelde hoe hij een oud harmonium vanuit de zolder naar beneden gooide. Of een heel bekende landschapsarchitect die een presentatie hield en met liefde en warmte in zijn stem verhaalde over zijn schoolperiode daar en het een eer vond om op die plek naast zijn school een presentatie te houden.
Verhalen van kinderen die net als ik naar dat gebouw keken met eerbied en respect omdat het dat uitstraalt. Met de landschapsarchitect heb ik vele gesprekken gevoerd over hoe alles mooier kan worden maar ook over de ervaringen uit onze jeugd en hoe we naar het Zwijndrecht van toen keken. Dat we als volwassen mensen natuurlijk gewoon de wereld overvliegen of in de regio tal van zaken bespreken staat los van dat gevoel wat je als kleine jongen aan indrukken opdoet.
Tegenwoordig worden kinderen warm ontvangen op het gemeentehuis en betrekken we de basisschool mensen in een nieuwe laag bij de gemeente en haar gebeurtenissen. De kinderburgemeester en zijn ambassadeurs zijn nu na een aantal jaren ingeburgerd. Vanaf alle basisscholen is er wel een vertegenwoordiger in het jeugdcollege. Ze rolschaatsen niet door het gemeentehuis maar zijn wel vanuit hun kijk op de wereld betrokken bij het verbinding leggen in wat er gebeurt in de gemeente.
Ik ben graag weer dat kleine jongentje met de korte beentjes die naast zijn moeder gedreven doorstapt. Moedig onderweg naar de afspraak in dat grote gebouw waar iedereen met twee woorden spreekt, stropdassen om en dames in jurken want, broeken en droeg men toen als vrouw nog niet. Lang haar, nozems en hippies moesten nog komen en het zou nog wel tien jaar duren voordat de moving strings op het Raadhuisplein een massa aan jongeren op de been ging brengen.
Het leven was simpel geen internet of televisie, kerken en scholen waren afgebakende zuilen waarbij de radio vertier bracht in huis met de kolenkachel als genoeglijk knorrende warmtebron. De liefde en het respect wat ik destijds van mijn moeder bijgebracht heb gekregen draag ik nog steeds mee en herinner me dat regelmatig als ik met grote stappen langs of door de gebouwen of wegen loop.
In het oude raadhuis zijn nog steeds de stoelen en tafels te vinden uit de tijd van de nieuwbouw die speciaal gemaakt zijn of destijds overgenomen waren uit besparing oogmerk.
Deze week liep ik over het Raadhuisplein naar de beelden van de tentoonstelling vooruitzien te kijken toen een moeder met haar kinderen er wandelde en één van de meisjes over en door het kunstwerk reed. Ik moest glimlachen en zag er een mooi moment in. In gedachten het jongetje met zijn korte beentjes die daar liep met zijn moeder.