CBS-onderzoek: gelukkigste Drechtstad is Hendrik-Ido-Ambacht, minst gelukkige is Zwijndrecht
DRECHTSTEDEN - Hoewel onze regio vrij klein is, kent ze relatief grote verschillen in welvaartsniveau. Zo scoort Hendrik-Ido-Ambacht voldoende op vijftien welvaartsindicatoren, gevolgd door Alblasserdam dat er op tien voldoende scoort. Hekkensluiter Zwijndrecht haalt slechts een voldoende op twee welvaartsindicatoren. In de nabije toekomst zullen de scores in het hele gebied verslechteren. Dat blijkt uit een recent onderzoek van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek).
Om het welvaartsniveau te meten heeft het CBS niet zozeer naar geld gekeken, maar naar immateriele aspecten. Vandaar dat het bureau ook spreekt over 'brede welvaart', dat is verdeeld in het heden en de toekomst. Voor het heden kijkt het CBS naar de kwaliteit van leven en van de omgeving waarin mensen leven. De bijbehorende indicatoren zijn onder meer materiële welvaart, gezondheid en milieu. Brede welvaart ‘later’ betreft de sociale, economische, menselijke en natuurlijke hulpbronnen die volgende generaties nodig hebben om eenzelfde niveau van brede welvaart te kunnen bereiken als de huidige generatie. Dat zal dus in alle Drechtsteden achteruitgaan, zo blijkt uit onderstaande tabel:
Nu | Later | |
Hendrik-Ido-Ambacht | 15 | 5 |
Alblasserdam | 10 | 3 |
Dordrecht | 9 | 2 |
Hardinxveld-Giessendam | 8 | 2 |
Papendrecht | 7 | 2 |
Sliedrecht | 7 | 2 |
Zwijndrecht | 2 | 1 |
Uit de lijst blijkt dat Ambachters het welvarendst zijn, wat het CBS ongeveer kan verklaren. "Hoewel gemeentes als Hendrik-Ido-Ambacht relatief verstedelijkt zijn, is de afstand tot voorzieningen kort, wonen mensen dichtbij natuur, is het milieu relatief schoner, de gezondheid beter, de bevolking hoogopgeleid, en de werkloosheid laag". In plattelandsgemeentes liggen voorzieningen dikwijls net wat verder weg, al is het milieu er schoner. In stedelijke gebieden geldt juist het omgekeerde. Of een leven in de stad slechter is dan op het platteland kan per persoon verschillen; het blijft een eigen afweging.