Met de geur van de Victoria in gedachten naar de Achter Lindt
Ik was deze week weer eens op pad en belandde in Dordrecht, Amstelwijck. Ik reed daar in het verleden richting ‘s-gravendeel naar mijn werk bij de Bronwaterleiding maar nu reed ik niet verder dan de Calandstraat alwaar ik de zoete geur van koekjes rook zoals ik die vroeger rook als ik onderweg naar het Oranjepark was. De Victoria kwam zo weer in gedachten , de tijd dat ik naar school fietste.
Op de terugweg keek ik nog even naar de sociale werkplaats en de locatie waar Schwarzkopf heeft gezeten. Ooit werkte ik daar kort via een uitzendbureau en kwam daar mijn oud-schoolgenoot Ferry tegen. Bij de Wilhelminaboom doken zo nog meer herinneringen op en bedacht ik mij dat de veranderingen niet zo heel groot waren. De pont was vertrokken en vervangen door de tunnel maar het industriegebied was nog steeds industrie met de onvermijdelijke veranderingen van dien. Fokker waar ik gewerkt heb is tenslotte ook vertrokken, Penn & Bauduin is net als Grootint in Zwijndrecht ook niet meer die bedrijvige industrie waar mensen met hun broodtrommel achterop de bagagedrager naar toe reden.
Die geur van koekjes maakte mij terwijl ik al fietsend rondkeek, de langzaam rijdende file aanschouwde enigszins melancholisch. Terwijl ik zo lekker mijmerend naar de brug reed en Zwijndrecht aan de overzijde zag, bedacht ik mij hoe het type werk veranderd is. Het fietsen waar ik best blij van word, ik rijd ouderwets mechanisch, brengt mij vaak mooie gedachten. Ik luister naar muziek in mijn hoofd en heb daar dan geen oortjes voor nodig en dat helpt tegen de melancholie. Ik rij dan glimlachend langs de oever over de rivier die ik kruis via de stadsbrug. Klimmend, zwoegend laat ik mij daarna naar beneden storten ( op de fiets nog steeds )van de brug om heerlijk zwierend met een deuntje van Bach in mijn hoofd over de westelijke parallelweg op de hoge snelheids fietsbaan de F 16 richting huis spoed,
Deze dag moest ik al vlot weer op pad richting Dordrecht richting Oranjepark om daarvandaan weer door te rijden richting stad. Tijdens al die fietstochten kom ik dan zoveel mensen tegen of wordt ik herinnert aan plaatsten uit de regio, een vriend uit HIAmbacht of de Heerjansdammer die nu achter het Oranjepark woont maar ook mensen uit Papendrecht die voor hun werk op verschillende plekken landen. Vanwege de tentoonstelling in de stad waar ik heen reed kom ik dan met de Victoria in gedachten op plekken terecht waar de geschiedenis mij op mijn nek springt. Ik moet dan echt oppassen voor die melancholie en dan vrolijke muziek in mijn hoofd laten klinken, anders vormt fietsen een soort kruisweg waar ik mij op bevindt. De mensen die ik ontmoet brengen mij al gauw terug op mooie momenten waar ik aan terugdenk van Bach en Mozart die mij terugbrengen naar het Albert Schweitzer Ziekenhuis waar ik meedeed aan een sessie rond muziek en heling. Het Ave Verum werd gezongen en wij stonden om en om met koorleden in een lange keten richting een kamer op een afdeling. ( Tijl Beckand in het ASZ te vinden op youtube ). Met dat Ave Verum in mijn hoofd fietste ik weer naar Zwijndrecht en reed dit keer door naar het Achter Lindt om even mijn hoofd leeg te maken ( ik moest ook nog een boodschapje doen in kort Ambacht ). Als er dan nog even tijd overblijft, heb ik al gauw de neiging de polder in te fietsen. Nog even genieten van de ruimte, de dieren, het landschap wat voortdurend verandert.
Natuurlijk zie ik de Hogesnelheidslijn en hoor de sneltreinen voorbij zoeven als we elkaar kruisen terwijl ik onder het viaduct doorrij.
De internationale trein die in het verleden langs en door Dordrecht reed doorkruist nu onze polder en de reizigers zullen de zoete geur van de koekjes van de Victoria niet meer ruiken. Die gedachte doet me glimlachen terwijl ik huiswaarts fiets langs het Kijfhoek emplacement waar ouderwets de locomotieven het rangeren weer hebben opgepakt.
Met het fietsen voel ik mij een ouderwetse postbode uit de Achter Lindt die zijn boodschappen in briefvorm ophaalt of rond bezorgd. De koekjesgeur houdt mij maar bezig en helpt mij zo een dag genietend in mijn zadel.
Honderd jaar geleden kan ik mij voorstellen hoe de achter lindt er uitgezien moet hebben. Thuis zoek ik dan een foto op en vindt tevens de foto’s van de gebieden waar ik doorheen ben gereden. De oevers die voortdurend veranderen, de route naar het Oranjepark waar de hondenhemel, de EMF Victoria en het echt oude refaja stond met aan de overzijde huizen waarbij het Oranjepark als school is gebleven.
De Achter Lindt waar ik naar kijk is een slingerende zanddijk met bomen er in. Houten elektriciteitspalen rijgen de huizen aan één. De huizen in en aan de dijk maken het buurtschap waar nu nog kleine stukjes van over zijn. Logisch als je kijkt naar de vooruitgang die je ook anders kan duiden.
Ik snuif nog één keer voor mijn gevoel de koekjesgeur op en geniet in gedachten van mooie herinneringen terwijl ik op oude plattegronden nog eens kijk hoe alles ingedeeld was. Ik fiets het laatste stuk naar huis en denk aan de lindeboom bij de Achter lindt en luisterend naar de muziek in mijn hoofd en denk ik aan de vertolker van Bach, de Wit, die als vaandrager van Bach als Zwijndrechter zo lekker aan de weg timmert. Zo verbind ik Zwijndrecht weer aan Dordrecht en bedenk dat we met elkaar vervlochten zijn. De Beverburcht, het Develstein, waar de burgemeester woonde. ik pendel heen en weer in gedachten en zie de geschiedenis onlosmakelijk van elkaar ons verbinden. Terwijl ik nog eens door kort ambacht fiets zie ik de bus rijden die voor mij dezelfde verbinding maakt, hij rijdt via Dordrecht naar Dubbeldam.
Internationaal kruist alles Zwijndrecht maar de dorpjes zijn via onzichtbare lijnen aan elkaar verbonden, via Bach en Mozart naar het norwegian wood van de Beatles en the days of future past van the Moody Blues.Ik herken mijn melancholie en haal uit de muziek mijn positieve waarde, energie en verbeeldingskracht en eet met smaak mijn Victoria biscuit.
Ik was deze week weer eens op pad en belandde in Dordrecht, Amstelwijck. Ik reed daar in het verleden richting ‘s-gravendeel naar mijn werk bij de Bronwaterleiding maar nu reed ik niet verder dan de Calandstraat alwaar ik de zoete geur van koekjes rook zoals ik die vroeger rook als ik onderweg naar het Oranjepark was. De Victoria kwam zo weer in gedachten , de tijd dat ik naar school fietste. Op de terugweg keek ik nog even naar de sociale werkplaats en de locatie waar Schwarzkopf heeft gezeten. Ooit werkte ik daar kort via een uitzendbureau en kwam daar mijn oud-schoolgenoot Ferry tegen. Bij de Wilhelminaboom doken zo nog meer herinneringen op en bedacht ik mij dat de veranderingen niet zo heel groot waren. De pont was vertrokken en vervangen door de tunnel maar het industriegebied was nog steeds industrie met de onvermijdelijke veranderingen van dien. Fokker waar ik gewerkt heb is tenslotte ook vertrokken, Penn & Bauduin is net als Grootint in Zwijndrecht ook niet meer die bedrijvige industrie waar mensen met hun broodtrommel achterop de bagagedrager naar toe reden. Die geur van koekjes maakte mij terwijl ik al fietsend rondkeek, de langzaam rijdende file aanschouwde enigszins melancholisch. Terwijl ik zo lekker mijmerend naar de brug reed en Zwijndrecht aan de overzijde zag, bedacht ik mij hoe het type werk veranderd is. Het fietsen waar ik best blij van word, ik rijd ouderwets mechanisch, brengt mij vaak mooie gedachten. Ik luister naar muziek in mijn hoofd en heb daar dan geen oortjes voor nodig en dat helpt tegen de melancholie. Ik rij dan glimlachend langs de oever over de rivier die ik kruis via de stadsbrug. Klimmend, zwoegend laat ik mij daarna naar beneden storten ( op de fiets nog steeds )van de brug om heerlijk zwierend met een deuntje van Bach in mijn hoofd over de westelijke parallelweg op de hoge snelheids fietsbaan de F 16 richting huis spoed,
Deze dag moest ik al vlot weer op pad richting Dordrecht richting Oranjepark om daarvandaan weer door te rijden richting stad. Tijdens al die fietstochten kom ik dan zoveel mensen tegen of wordt ik herinnert aan plaatsten uit de regio, een vriend uit HIAmbacht of de Heerjansdammer die nu achter het Oranjepark woont maar ook mensen uit Papendrecht die voor hun werk op verschillende plekken landen. Vanwege de tentoonstelling in de stad waar ik heen reed kom ik dan met de Victoria in gedachten op plekken terecht waar de geschiedenis mij op mijn nek springt. Ik moet dan echt oppassen voor die melancholie en dan vrolijke muziek in mijn hoofd laten klinken, anders vormt fietsen een soort kruisweg waar ik mij op bevindt. De mensen die ik ontmoet brengen mij al gauw terug op mooie momenten waar ik aan terugdenk van Bach en Mozart die mij terugbrengen naar het Albert Schweitzer Ziekenhuis waar ik meedeed aan een sessie rond muziek en heling. Het Ave Verum werd gezongen en wij stonden om en om met koorleden in een lange keten richting een kamer op een afdeling. ( Tijl Beckand in het ASZ te vinden op youtube ). Met dat Ave Verum in mijn hoofd fietste ik weer naar Zwijndrecht en reed dit keer door naar het Achter Lindt om even mijn hoofd leeg te maken ( ik moest ook nog een boodschapje doen in kort Ambacht ). Als er dan nog even tijd overblijft, heb ik al gauw de neiging de polder in te fietsen. Nog even genieten van de ruimte, de dieren, het landschap wat voortdurend verandert.
Natuurlijk zie ik de Hogesnelheidslijn en hoor de sneltreinen voorbij zoeven als we elkaar kruisen terwijl ik onder het viaduct doorrij.
De internationale trein die in het verleden langs en door Dordrecht reed doorkruist nu onze polder en de reizigers zullen de zoete geur van de koekjes van de Victoria niet meer ruiken. Die gedachte doet me glimlachen terwijl ik huiswaarts fiets langs het Kijfhoek emplacement waar ouderwets de locomotieven het rangeren weer hebben opgepakt.
Met het fietsen voel ik mij een ouderwetse postbode uit de Achter Lindt die zijn boodschappen in briefvorm ophaalt of rond bezorgd. De koekjesgeur houdt mij maar bezig en helpt mij zo een dag genietend in mijn zadel.
Honderd jaar geleden kan ik mij voorstellen hoe de achter Lindt er uitgezien moet hebben. Thuis zoek ik dan een foto op en vindt tevens de foto’s van de gebieden waar ik doorheen ben gereden. De oevers die voortdurend veranderen, de route naar het Oranjepark waar de hondenhemel, de EMF Victoria en het echt oude Refaja stond met aan de overzijde huizen waarbij het Oranjepark als school is gebleven.
De Achter Lindt waar ik naar kijk is een slingerende zanddijk met bomen er in. Houten elektriciteitspalen rijgen de huizen aan één. De huizen in en aan de dijk maken het buurtschap waar nu nog kleine stukjes van over zijn. Logisch als je kijkt naar de vooruitgang die je ook anders kan duiden.
Ik snuif nog één keer voor mijn gevoel de koekjesgeur op en geniet in gedachten van mooie herinneringen terwijl ik op oude plattegronden nog eens kijk hoe alles ingedeeld was. Ik fiets het laatste stuk naar huis en denk aan de lindeboom bij de Achter lindt en luisterend naar de muziek in mijn hoofd en denk ik aan de vertolker van Bach, de Wit, die als vaandrager van Bach als Zwijndrechter zo lekker aan de weg timmert. Zo verbind ik Zwijndrecht weer aan Dordrecht en bedenk dat we met elkaar vervlochten zijn. De Beverburcht, het Develstein, waar de burgemeester woonde. ik pendel heen en weer in gedachten en zie de geschiedenis onlosmakelijk van elkaar ons verbinden. Terwijl ik nog eens door kort ambacht fiets zie ik de bus rijden die voor mij dezelfde verbinding maakt, hij rijdt via Dordrecht naar Dubbeldam.
Internationaal kruist alles Zwijndrecht maar de dorpjes zijn via onzichtbare lijnen aan elkaar verbonden, via Bach en Mozart naar het norwegian wood van de Beatles en the days of future past van the Moody Blues.Ik herken mijn melancholie en haal uit de muziek mijn positieve waarde, energie en verbeeldingskracht en eet met smaak mijn Victoria biscuit.